Naam en Zetel:
Artikel 1
1. De stichting draagt de naam:
2. Zij heeft haar zetel in Amsterdam.
Doel:
Artikel 2
1. De stichting beoogt als een algemeen nut beogende instelling (ANBI) te functioneren en heeft ten doel:
a. het normaliseren van de keuze om geen auto te bezitten;
b. de auto als abnormaal fenomeen op straat te populariseren;
c. leven zonder auto te populariseren.
2. De stichting tracht haar doel onder meer te verwezenlijken door:
a. het behartigen van de belangen van degenen, die geen auto in bezit hebben;
b. de autonormativiteit in beleid, administratie, maatschappij en cultuur aan te vechten;
c. autonormativiteit in de praktijk te bekritiseren;
d. het aanbieden van faciliteiten, het werven en verstrekken van fondsen en andere middelen;
e. het deelnemen in, het samenwerken met het zich op enigerlei wijze interesseren bij andere instellingen en rechtspersonen;
f. het samenbrengen van kennis en vaardigheden op de benodigde gebieden;
g. het aanbieden van faciliteiten, het werven en verstrekken van fondsen en andere middelen;
h. het aanspannen van gerechtelijke procedures;
i. al hetgeen te doen dat met een en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, een en ander in de ruimste zin van het woord.
3. De stichting heeft geen winstoogmerk.
Vermogen/geldmiddelen:
Artikel 3
1. De geldmiddelen van de stichting bestaan uit bijdragen van donateurs, erfstellingen, legaten, schenkingen, subsidies en andere inkomsten en baten.
2. Erfstellingen dienen conform artikel 7 lid 4 uitsluitend onder het voorrecht van boedelbeschrijving te worden aanvaard.
3. Donateurs van de stichting kunnen zowel particulieren als bedrijven zijn.
Bestuur:
Artikel 4
1. Het bestuur van de stichting bestaat uit ten minste drie (3) leden. Het aantal bestuursleden wordt – met inachtneming van het in de vorige zin bepaalde – door het zittend bestuur met algemene stemmen vastgesteld.
Bestuurders worden benoemd en geschorst door het bestuur.
2. Het bestuur (met uitzondering van het eerste bestuur, waarvan de leden in functie worden benoemd) kiest uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. De functies van secretaris en penningmeester kunnen ook door één persoon worden vervuld.
3. Bestuursleden worden benoemd voor een termijn van twee (2) jaar en zijn onbeperkt hernoembaar. Bij het ontstaan van een (of meer) vacature(s) in het bestuur, zullen de overblijvende bestuursleden met algemene stemmen (of zal het enig overblijvende bestuurslid) binnen twee maanden na het ontstaan van de vacature(s) daarin voorzien door de benoeming van een (of meer) opvolger(s).
4. Ingeval van één of meer vacature(s) vormen de overblijvende bestuursleden, of vormt het overblijvende bestuurslid, een wettig samengesteld bestuur. In geval van ontstentenis of belet van een of meer bestuurders, berust het bestuur tijdelijk bij de overblijvende bestuurders.
In geval van ontstentenis of belet van alle bestuurders of de enig bestuurder, berust het bestuur tijdelijk bij een of meer (jaarlijks) door het bestuur voor deze situatie aangewezen personen. Voor de gedurende deze periode verrichte bestuursdaden worden de aangewezen personen met een bestuurder gelijkgesteld.
5. De bestuursleden genieten geen beloning voor hun werkzaamheden. Zij hebben wel recht op vergoeding van de door hen in de uitoefening van hun functie gemaakte kosten.
6. Het bestuur is verplicht schriftelijk vast te leggen hoe de stichting gelden werft, besteedt en hoe het vermogen wordt beheerd, en daarvan een behoorlijke administratie te houden.
7. Het bestuur is verplicht te allen tijde een actueel – en desgewenst meerjarig – beleidsplan te hebben ten aanzien van hetgeen de stichting de komende jaren wil bereiken en hoe de stichting dit wil bereiken.
8. De stichting houdt niet meer vermogen aan dan redelijkerwijs nodig is voor de continuïteit van de voorziene werkzaamheden voor de doelstelling van de stichting.
Bestuursvergaderingen:
Artikel 5
1. De vergaderingen van het bestuur worden gehouden op een locatie overeengekomen door de bestuursleden, dan wel digitaal.
Voor zover de vergadering digitaal wordt gehouden geldt het volgende.
Ieder bestuurslid is bevoegd door middel van een elektronisch communicatiemiddel aan de vergadering deel te nemen daarin het woord te voeren en het stemrecht uit te oefenen, zulks onder door het Bestuur te stellen voorwaarden.
Voor de toepassing van het hiervoor bepaalde is vereist dat het bestuurslid via het elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering en het stemrecht kan uitoefenen. Bovendien is vereist dat het bestuurslid via het elektronische communicatiemiddel kan deelnemen aan de beraadslaging.
2. Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar wordt een vergadering van het bestuur (de jaarvergadering) gehouden, waar in elk geval aan de orde komt de vaststelling van de balans en de staat van baten en lasten. Daarnaast wordt tenminste één andere vergadering gehouden.
3. Voorts worden vergaderingen gehouden, wanneer één van de bestuurders daartoe de oproeping doet.
4. De oproeping tot een vergadering geschiedt ten minste zeven dagen tevoren, de dag van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend, door middel van een oproepingsbrief.
De oproeping kan tevens geschieden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door hem voor dit doel aan de secretaris bekend is gemaakt.
5. Een oproepingsbrief (dan wel het langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht) vermeldt, behalve plaats en tijdstip van de vergadering, de te behandelen onderwerpen.
6. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter. Indien deze afwezig is voorzien de aanwezige bestuurders in de leiding van de vergadering. Tot dat moment wordt de vergadering geleid door de in leeftijd oudste aanwezig bestuurder.
7. De secretaris notuleert de vergadering. Bij afwezigheid van de secretaris wordt de notulist aangewezen door degene die de vergadering leidt. De notulen worden vastgesteld door de voorzitter. De notulen worden vervolgens bewaard door de secretaris.
8. Toegang tot de vergaderingen van het bestuur hebben de in functie zijnde bestuurders en degenen die door het bestuur zijn uitgenodigd.
Bestuursbesluiten:
Artikel 6
1. Het bestuur kan in een vergadering alleen besluiten nemen indien de meerderheid van de in functie zijnde bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd is.
Een bestuurder kan zich in een vergadering door een andere bestuurder laten vertegenwoordigen nadat een schriftelijke, ter beoordeling van de voorzitter van de vergadering voldoende, volmacht is afgegeven. Een bestuurder kan daarbij slechts voor één andere bestuurder als gevolmachtigde optreden.
2. Is in een vergadering niet de meerderheid van de in functie zijnde bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd dan wordt een tweede vergadering bijeengeroepen, te houden niet eerder dan twee en niet later dan vier weken na de eerste vergadering. In deze tweede vergadering kan ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde bestuurders worden besloten omtrent de onderwerpen welke op de eerste vergadering waren geplaatst. Bij de oproeping tot de tweede vergadering moet worden vermeld dat er daarom een besluit kan worden genomen ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde bestuurders.
3. Zolang in een vergadering alle in functie zijnde bestuurders aanwezig zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen over alle aan de orde komende onderwerpen, mits met algemene stemmen, ook al zijn de door de statuten gegeven voorschriften voor het oproepen en het houden van vergaderingen niet in acht genomen.
4. Het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten nemen, mits alle bestuursleden in de gelegenheid zijn gesteld schriftelijk, al dan niet per enig telecommunicatiemiddel, hun mening te uiten. Van een aldus genomen besluit wordt onder bijvoeging van de ingekomen antwoorden door de secretaris een relaas opgemaakt, dat na mede-ondertekening door de voorzitter bij de notulen wordt gevoegd.
5. Iedere bestuurder heeft het recht tot het uitbrengen van één stem.
Besluiten worden genomen na gemeenschappelijk overleg en zo mogelijk met eenparige stemmen genomen.
Blijkt eenparigheid niet bereikbaar, dan worden, voor zover deze statuten geen grotere meerderheid voorschrijven, bestuursbesluiten genomen met volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen. Bij staking van de stemmen wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
Elk bestuurslid heeft het recht op kosten van de stichting, indien eenparigheid niet bereikbaar blijkt te zijn, een mediator in te schakelen.
6. Alle stemmingen in een vergadering geschieden mondeling, tenzij één of meer bestuurders vóór de stemming een schriftelijke stemming verlangen.
Schriftelijke stemming geschiedt bij ondertekende, gesloten briefjes.
7 Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.
8. In alle geschillen omtrent stemmingen, niet bij de statuten voorzien, beslist de voorzitter van de vergadering.
Bestuursbevoegdheid:
Artikel 7
1. Het bestuur is belast met het besturen van de stichting.
2. Het bestuur is bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen.
3. Het bestuur is niet bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten, waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt.
4. Erfstellingen mogen slechts onder het voorrecht van boedelbeschrijving worden aanvaard.
Vertegenwoordiging:
Artikel 8
- Het bestuur vertegenwoordigt de stichting
- De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan twee gezamenlijk handelende bestuursleden.
Einde bestuurslidmaatschap:
Artikel 9
Het bestuurslidmaatschap van een bestuurslid eindigt:
a. door zijn/haar overlijden;
b. wanneer hij/zij het vrije beheer over zijn/haar vermogen verliest;
c. door schriftelijke ontslagneming (bedanken);
d. door ontslag, hem/haar verleend door de gezamenlijke overige bestuursleden;
e. door ontslag op grond van artikel 2 : 298 Van het Burgerlijk Wetboek.
Boekjaar en jaarstukken:
Artikel 10
1. Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de stichting en van alles betreffende de werkzaamheden van de stichting, naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren, dat daaruit te allen tijde de rechten en verplichtingen van de stichting kunnen worden gekend.
3. Het bestuur is verplicht jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, de balans en de staat van baten en lasten van de stichting te maken, op papier te stellen en vast te stellen.
4. Het bestuur is verplicht de in de voorgaande leden bedoelde boeken, bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren.
5. De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde balans en staat van baten en lasten, kunnen op een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging geschiedt met juiste en volledige weergave der gegevens en deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd leesbaar kunnen worden gemaakt.
Aangeslotenen
Artikel 11
1. De stichting kent een Raad van Aangeslotenen.
2. Aangesloten zijn diegenen, die het doel van de stichting onderschrijven en betrokken willen zijn bij de activiteiten van de stichting.
3. Het bestuur van de stichting beslist over toetreding van een aangeslotene.
Een aangeslotene kan altijd zijn/haar lidmaatschap opzeggen bij de secretaris van de stichting.
Het bestuur kan het lidmaatschap van een aangeslotene eveneens opzeggen, nadat het bestuur eerst het betreffende lid heeft gehoord.
4. Het bestuur kan een jaarlijkse contributie vast stellen.
5. De Raad van Aangeslotenen heeft als doel aan het bestuur van de stichting gevraagd en ongevraagd advies te geven.
6. De Raad van Aangeslotenen komt in ieder geval éénmaal per jaar bijeen daartoe opgeroepen door de secretaris van de stichting overeenkomstig de leden 4 en 5 van artikel 5, met dien verstande dat de oproepingstermijn acht en twintig (28) dagen voor de vergaderdatum is.
Voorts wordt een vergadering gehouden, indien minimaal drie (3) leden van de Raad van Aangeslotenen daartoe gezamenlijk verzoeken aan het bestuur. De secretaris is vervolgens verplicht een vergadering van de Raad van Aangeslotenen bijeen te roepen overeenkomstig hetgeen is bepaald in deze statuten. Een zodanig verzoek kan maximaal tweemaal per jaar gedaan worden.
7. De leden 6, 7 en 8 van artikel 5 zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat toegang tot de vergadering hebben de leden van de Raad van Aangeslotenen, de bestuursleden en degenen, die door het bestuur zijn uitgenodigd.
Reglement:
Artikel 12
1. Het bestuur is bevoegd een reglement vast te stellen, waarin die onderwerpen worden geregeld, die naar het oordeel van het bestuur (nadere) regeling behoeven.
2. Het reglement mag niet met de wet of deze statuten in strijd zijn.
3. Het bestuur is te allen tijde bevoegd het reglement te wijzigen of op te heffen.
4. Op de vaststelling, wijziging en opheffing van het reglement is het bepaalde in artikel 12 lid 1 van toepassing.
Statutenwijziging:
Artikel 13
1. Het bestuur is bevoegd deze statuten te wijzigen. Een besluit tot statutenwijziging moet met algemene stemmen worden genomen in een vergadering waar alle bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
2. De wijziging moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand komen.
Iedere bestuurder afzonderlijk, is bevoegd de desbetreffende akte te doen verlijden.
3. De bestuurders zijn verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en de gewijzigde statuten neer te leggen ten kantore van het handelsregister.
Ontbinding en vereffening:
Artikel 14
1. Het bestuur is bevoegd de stichting te ontbinden. Op het daartoe te nemen besluit is het bepaalde in artikel 13 lid 1 van toepassing.
2. De stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan voor zover dit ter vereffening van haar vermogen nodig is.
3. Bij de ontbinding van de stichting geschiedt de vereffening door het bestuur.
4, Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze statuten zoveel mogelijk van kracht.
5. Bij het besluit tot ontbinding wordt tevens een bestemming gegeven aan een eventueel overschot na vereffening, hetgeen echter te allen tijde volledig ten bate van een algemeen nut beogende instelling met een gelijksoortige doelstelling of aan een buitenlandse instelling die uitsluitend of nagenoeg uitsluitend het algemeen nut beoogt en die een soortelijke doelstelling heeft, dient te komen.
6. Na afloop van de vereffening blijven de boeken en de bescheiden van de ontbonden stichting gedurende zeven jaren berusten onder de door de vereffenaars aan te wijzen persoon.
Slotbepalingen:
Artikel 15
1. In alle gevallen, waarin zowel de wet als deze statuten niet voorzien, beslist het bestuur.
2. Onder schriftelijk wordt in deze statuten verstaan elk via de gangbare communicatiekanalen overgebracht bericht, waarvan uit geschrift blijkt.
Artikel 16
De eerste bestuursleden worden bij akte van oprichting benoemd.
Slotverklaringen
Tenslotte verklaarde de verschenen persoon, handelend als vermeld:
1. In afwijking van artikel 4 zal het eerste bestuur van de stichting bestaan uit twee (2) leden, zijnde:
– de heer J.N.G. Blans, voornoemd, in de functie van voorzitter;
– de heer R. Rustema, voornoemd, in de functie van secretaris/ penningmeester.
2. De stichting zal voor het eerst kantoor houden te 1016 XP Amsterdam, Nieuwe Passeerdersstraat 306.
3. Het eerste boekjaar van de stichting eindigt op eenendertig december tweeduizend zesentwintig.